Elbert was een idealistisch, integer en betrouwbaar mens. Zijn jarenlange lidmaatschap van GroenLinks (en eerder al bij de PSP) getuigt van zijn vertrouwen in de idealen van progressieve politiek en sociale rechtvaardigheid. Elbert deelde graag zijn grote kennis van politieke geschiedenis en vanuit zijn voorliefde voor het socialisme streefde hij naar systeemverandering in plaats van verandering binnen het systeem. Je kon er uren met hem over discussiëren.

GroenLinks Capelle heeft veel aan Elbert te danken. Het is dankzij een groep actieve Capelse GroenLinksers – waaronder Elbert – geweest dat de partij in 2018 weer mee kon doen aan de gemeenteraadsverkiezingen: na een aantal oproepen van Elbert zat ineens een aantal politiek onervaren personen rond zijn keukentafel een campagne uit te denken en een verkiezingsprogramma te schrijven. En een paar maanden later vormden diezelfde personen de nieuw verkozen fractie van GroenLinks in de Capelse raad, met Elbert als fractievoorzitter. Fractiediscipline was er niet, botsende ego’s evenmin. Er was ruimte voor ieders persoonlijke ontwikkeling en men vertrouwde op elkaars expertise en idealen.

Van een onervaren fractieleider veranderde Elbert in een dossiervreter. Hij zette zich vooral in op thema’s als natuur, duurzaamheid en projectontwikkeling. De kennis die hij van die onderwerpen vergaarde, kon hij inzetten als het in de raad ging over het Rivium, het isoleren van woningen of groenonderhoud. Hij hekelde regelmatig het gebrek aan kennis of interesse voor deze onderwerpen bij zijn collega-raadsleden of het college.

Elbert kon cynisch zijn over de Capelse politiek. Hij noemde het regelmatig ‘dorpspolitiek’: de korte lijntjes tussen het college en bijvoorbeeld projectontwikkelaars zorgden er volgens hem voor dat de gemeenteraad te snel buitenspel stond. Hij vond dat de raad zichzelf wel wat serieuzer mocht nemen. Tijdens zijn afscheid van de raad diste hij op dat hij voor zijn aantreden benieuwd was wat voor poppenkast de raad zou zijn, en dat het zijn stoutste verwachtingen had overtroffen. Toch bleef hij zich ook hier onvermoeibaar inzetten voor zijn idealen. Met heldere inzichten, een scherpe tong, maar een warm hart, kon hij vaak de vinger op de zere plek leggen. Dat leverde hem vaak complimenten en natuurlijk ook een enkele keer kritiek op.

Na vier jaar was het voor Elbert genoeg in de Capelse politiek en gaf hij het stokje door aan een nieuwe fractie. Maar op de achtergrond bleef hij actief. Hij deelde zo veel mogelijk van zijn kennis en zijn visie met de nieuwe (burger)raadsleden, die daardoor geïnspireerd aan een nieuwe raadsperiode begonnen. Hij nam nog regelmatig deel aan de fractievergaderingen om zijn ideeën te delen en de fractie te voorzien van waardevolle input. Hij was een sparringpartner voor de fractie en was altijd bereid om mee te denken in vraagstukken. In zijn adviezen stond het algemeen belang voorop. En ook op andere manieren heeft hij zich ingezet voor de partij. Was het niet als lid van de kascommissie, dan was het wel als bestuurslid.

Dat Elbert en GroenLinks uiteindelijk uit elkaar groeiden, is niet verwonderlijk. Waar GroenLinks – in ieder geval in Elberts ogen – steeds een beetje meer naar het midden schoof, schoof Elbert verder naar links. Ook maakte hij zich zorgen om de interne democratie. Maar hij bleef betrokken bij de lokale fractie en sloot tot het eind aan bij fractievergaderingen en activiteiten. En dat zegt eigenlijk genoeg over wie hij was: principieel en rechtlijnig op de inhoud, maar betrokken en warm als het op het persoonlijke aankwam. GroenLinks Capelle en de Capelse politiek zullen Elbert missen. We wensen zijn vrouw en kinderen veel sterkte toe.